In de eerste plaats wordt van iedere huurder verwacht dat die hun toestel als een voorzichtig en redelijk persoon gebruikt en onderhoudt zoals omschreven in het gebruiksbewijs en het contract.  

Indien er ondanks goede zorgen toch een defect of probleem is, kan de gebruiker de servicedienst contacteren. 

Elk toestel krijgt een sticker met het telefoonnummer 02 475 71 09. De servicedienst van BOSCH zal eerst telefonische bijstand geven maar indien het probleem niet opgelost kan worden, zal een afspraak gemaakt worden en komt een technieker ter plaatse om het toestel na te zien en te herstellen.  

Wat wordt beschouwd als schade aan het toestel?

Schade omvat alle materiële schade aan het toestel, behalve kleine afwijkingen die het gebruik van het toestel niet beïnvloeden.

Hoe meld ik schade of verlies van het toestel?

Als er schade of verlies van het toestel is, moet de huurder BSH onmiddellijk telefonisch (op het telefoonnummer 02 475 71 09) op de hoogte stellen, en in ieder geval binnen drie werkdagen na het incident. Als de huurder dit niet (op tijd) doet en dit leidt tot schade voor de verhuurder (zoals verlies van een verzekeringsuitkering of de mogelijkheid om een derde aansprakelijk te stellen), is de huurder verantwoordelijk voor deze schade.

Wie herstelt de schade aan het toestel?

BSH zorgt ervoor dat schade aan het toestel binnen een redelijke termijn wordt hersteld, zodat de huurder het toestel weer normaal kan gebruiken. Samen met de huurder wordt een datum afgesproken voor het opmeten en/of herstellen van de schade.

Wat gebeurt er als BSH de schade niet op tijd herstelt?

Als BSH na melding van de schade niet binnen een redelijke termijn de schade herstelt (tenzij door overmacht of de houding van de huurder), heeft de huurder recht op een schadevergoeding. Deze vergoeding kan maximaal de maandelijkse huurprijs (inclusief BTW) bedragen voor de periode dat het toestel niet of minder gebruikt kan worden.

Wat als het toestel niet gerepareerd kan worden?

Als reparatie van het toestel economisch onverantwoord of onmogelijk is, kan BSH ervoor kiezen om een gelijkwaardig vervangtoestel te bieden voor de resterende duur van de huurovereenkomst, zonder extra kosten voor de huurder.

Wanneer is de huurder verantwoordelijk voor de schade?

De huurder is verantwoordelijk voor schade die veroorzaakt is door

  • Onzorgvuldig of verkeerd gebruik
  • Normale slijtage
  • Slecht onderhoud
  • Niet volgen van de gebruiksaanwijzing
  • Veranderingen of reparaties door de huurder of derden
  • Abnormale milieuomstandigheden of contact met agressieve stoffen

Wie betaalt de kosten voor reparaties die niet onder de verantwoordelijkheid van BSH vallen?

Als de schade niet onder de verantwoordelijkheid van BSH valt, worden de kosten van reparatie en andere diensten (zoals transport- en controlekosten) aan de huurder doorberekend volgens de tarieven in bijlage 4 van de huurovereenkomst. Als de reparatiekosten hoger zijn dan de restwaarde van het toestel op basis van de leeftijd, wordt het toestel als onherstelbaar beschouwd en moet de huurder de restwaarde aan de verhuurder vergoeden, met een lineaire waardevermindering en een restwaarde van €100,- na tien jaar.